2300 photographs by Breitner online from November
The RKD is publishing the first digital overview in English of photographs by the Amsterdam Impressionist painter George Hendrik Breitner (1857-1923). A total of 2,300 original photos from the RKD collection will be accessible to an international audience from November 2011.
Until now Breitner’s photos have primarily been presented as studies for his paintings. However, the photographs are also fine and important works of art in their own right and they offer a unique picture of city life around 1900.
Breitner’s original prints and negatives were donated to the RKD in 1961, exactly 50 years ago. Before then it was not known that Breitner, besides being a painter, was also an important photographer. Individual photos have regularly been included in exhibitions and publications. In 2011 high-resolution scans were produced of all the photographs so that the originals can be safely stored in optimal conditions.
A new online publication will make all 2,300 photographs available to the public for the first time. An introductory text by photographic historian Hans Rooseboom, curator of the Rijksmuseum, discusses the importance of Breitner’s photographic oeuvre. In order to acquaint a wide, international audience with Breitner the photographer, the publication will appear in English as well as Dutch. George Hendrik Breitner. Fotograaf /George Hendrik Breitner. Photographer will be published on the RKD website in November 2011.
Coinciding with the online publication of Breitner’s photographs, the Van Gogh Museum (Amsterdam) will host the exhibition Snapshot. Painters and Photography, 1888-1915 (from 14 October), in which Breitner’s work is for the first time presented in the context of other nineteenth-century painters ( Pierre Bonnard, Maurice Denis, Henri Evenepoel, Henri Rivière, Felix Valloton en Edouard Vuillard ) who liked to use the camera. Thereafter the exhibition will be on view in the US, at the Phillips Collection (Washington D.C.) and the Indianapolis Museum of Art. In collaboration with the Rijksmuseum the Institut Néerlandais (Paris) is also dedicating an exhibition to Breitner’s photographic work, George Hendrik Breitner – Pioneer of street photography, opening in November.
Click this link for a preview:
De fotocamera gaf schilders een fotografisch oog
Sandra Smallenburg
Veel schilders maakten eind negentiende eeuw gretig maar ook beschaamd gebruik van de eerste fototoestellen. Het Van Gogh Museum toont hun snapshots van het alledaagse.
De allereerste pocketcamera van Kodak was een doosje van nog geen tien bij twintig centimeter, gemaakt van kersenhout en bekleed met donkerbruin Marokkaans leer. Een fototoestel zonder zoeker en met slechts één sluitertijd van 1/25 seconde. In het doosje was ruimte voor een film met honderd opnames. Waren die vol, dan stuurde je de camera in zijn geheel naar de Kodak-fabriek om de rol te laten ontwikkelen. U drukt op de knop, wij doen de rest, zo luidde de slogan waarmee George Eastman zijn nieuwe uitvinding vanaf 1888 aan de man bracht.
Op de tentoonstelling Snapshot in het Van Gogh Museum, over de relatie tussen fotografie en schilderkunst in de periode 1888-1915, staan een paar van die oude cameraatjes opgesteld in vitrines. Ze maakten het aan het eind van de negentiende eeuw voor het eerst mogelijk dat amateurs, zonder kennis van chemicaliën, konden gaan fotograferen. Ook in de kunstwereld zorgde de komst van de compacte Kodak No.1 voor een kleine revolutie. Veel schilders gingen er enthousiast mee aan de slag. Aan zeven van hen is deze formidabele expositie gewijd.
Het eerste wat opvalt in het Van Gogh is hoe weinig er in de afgelopen eeuw veranderd is op het gebied van de amateurfotografie. Natuurlijk, de foto's van schilders als Pierre Bonnard of Maurice Denis zijn zwart-wit en vaak onscherp, maar hun onderwerpen zijn dezelfde als die wij tegenwoordig op onze Facebook-pagina's plaatsen. Kiekjes van huiselijk geluk, van pasgeboren baby's en dromerig kijkende geliefdes, van stedentripjes en van vakanties aan zee. Hun sepiakleurige beelden van het alledaagse leven ogen net zo fris en spontaan als onze iPhone-hipstamatics, met veel afgesneden hoofden en overbelichte gezichten.
Het eerste wat opvalt in het Van Gogh is hoe weinig er in de afgelopen eeuw veranderd is op het gebied van de amateurfotografie. Natuurlijk, de foto's van schilders als Pierre Bonnard of Maurice Denis zijn zwart-wit en vaak onscherp, maar hun onderwerpen zijn dezelfde als die wij tegenwoordig op onze Facebook-pagina's plaatsen. Kiekjes van huiselijk geluk, van pasgeboren baby's en dromerig kijkende geliefdes, van stedentripjes en van vakanties aan zee. Hun sepiakleurige beelden van het alledaagse leven ogen net zo fris en spontaan als onze iPhone-hipstamatics, met veel afgesneden hoofden en overbelichte gezichten.
Een groot verschil met nu is dat de schilders van toen er niet graag voor uit kwamen dat ze ook fotogra feerden. Geen van de foto's die nu in het Van Gogh te zien zijn, is ooit tijdens hun leven geëxposeerd. De drieduizend foto's die George Hendrik Breitner maakte bijvoorbeeld werden pas in 1961 ontdekt, bijna veertig jaar na zijn dood. Fotografie was een mechanische uitvinding, zo werd lang gedacht, geen artistieke.
Wat deze tentoonstelling en de voortreffelijke catalogus goed duidelijk maken, is dat ondanks die aanvankelijke schroom de Kodak No.1 wel degelijk van grote invloed is geweest op de schilderkunst rond 1900. Foto's konden als voorstudie dienen en werden soms heel letterlijk nageschilderd, zoals te zien is aan de intieme portretten die Félix Vallotton maakte van zijn vrouw Gabrielle. En Maurice Denis was waarschijnlijk nooit op het idee gekomen om zijn echtgenote Marthe en hun pasgeboren dochter zo in close-up te schilderen (Noële et sa mère, 1896) als hij niet ook talloze portretfoto's van hen had gemaakt.
Door de fotografie deed het toeval zijn intrede in de schilderkunst. Neem Breitners beroemde schilderij uit het Rijksmuseum, De Singelbrug bij de Paleisstraat te Amsterdam uit 1897. Dat werk ziet er zo dynamisch en losjes uit dat het net een uitvergrote foto lijkt - een echte toevalstreffer. De vrouw met de bontjas die onderin het schilderij alweer bijna het beeld uitloopt, de horizon die een beetje scheef loopt, de gevels van de grachtenpanden die aan de bovenzijde zijn afgesneden - het zijn allemaal voorbeelden van de fotografische blik die Breitner ontwikkeld had.
Een grote ontdekking op deze tentoonstelling is Henri Evenepoel, een Vlaamse kunstenaar die slechts zeven jaar werkzaam was en in 1899 op 27-jarige leeftijd overleed. Twee jaar voor zijn dood was hij fanatiek met een draagbare Kodak-camera aan de slag gegaan, en de 875 negatieven die hij naliet maken duidelijk dat hij misschien wel meer talent had als fotograaf dan als schilder. De kinderportretten die hij schilderde ogen nog vrij statisch en formeel. Maar met zijn camera in de hand was hij veel vrijer. Dan koos hij voor afwijkende standpunten, zakte door zijn knieën om op ooghoogte met de kinderen te komen, liet ze naar hem toe rennen of trachtte de beweging van hun balspel vast te leggen.
Een van die foto's, van zijn zieke zoontje Charles, laat je niet snel los. Evenepoel positioneerde zijn camera haast tegen de spijlen van het bed aan, waardoor het net is of het kind - ogen geloken, duim in de mond - achter tralies zit. Het is een zeldzaam ontroerend moment, vastgelegd met een rudimentair doosje van tien bij twintig centimeter. Maar 112 jaar en vele digitale ontwikkelingen later raakt het ons nog net zo diep als toen.
Schilders als Breitner, Bonnard schaamden zich voor hun fotografie Foto's Breitner worden online toegankelijk Vijftig jaar geleden, in 1961, kwam aan het licht dat George Hendrik Breitner behalve schilder ook een verdienstelijk fotograaf was. Zo'n 3.000 van zijn foto's en negatieven zijn bewaard gebleven, 2.300 daarvan bevinden zich in de collectie van het RKD in Den Haag. Die foto's zijn dit jaar allemaal in hoge kwaliteit gedigitaliseerd en zullen vanaf 3 november online toegankelijk zijn. Op rkd.nl licht fotohistoricus Hans Rooseboom, conservator bij het Rijksmuseum, het belang van Breitners foto's toe in een internetpublicatie. Van 3 nov t/m 22 jan organsieert het Rijksmuseum bovendien een expositie met foto's van Breitner in het Institut Néerlandais in Parijs. De tentoonstelling Snapshot in het Van Gogh Museum zal in 2012 doorreizen naar de Philips Collection in Washington en het Indianapolis Museum of Art en daarmee de foto's van Breitner bij het Amerikaanse publiek introduceren.
Info: 'Snapshot, schilders en fotografie 1888-1915'. T/m 8 jan in het Van Gogh Museum, Paulus Potterstraat 7, Amsterdam. Catalogus 35 euro. Inl: www.vangoghmuseum.nl. ****
Foto-onderschrift: George Hendrik Breitner: 'De Singelbrug bij de Paleisstraat te Amsterdam' (ca. 1897) Pierre Bonnard: 'Marthe in profiel gezeten op het bed met hangend linkerbeen' (1899/1900) George Hendrik Breitner: 'Leunend naakt' (geen datum)
Foto-onderschrift: George Hendrik Breitner: 'De Singelbrug bij de Paleisstraat te Amsterdam' (ca. 1897) Pierre Bonnard: 'Marthe in profiel gezeten op het bed met hangend linkerbeen' (1899/1900) George Hendrik Breitner: 'Leunend naakt' (geen datum)
Op dit artikel rust auteursrecht van NRC Handelsblad BV, respectievelijk van de oorspronkelijke auteur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten