JAN ROSSEEL
ON THE AESTHETICS OF VIOLENCE, 2016Prix Pictet Photography Prize Nominee and Foam Talent 2014 Jan Rosseel draws you in with aesthetics and surprises; all is not what it seems with his images. His series for Unseen, On the Aesthetics of Violence, is the first part of a long-term project focusing on memory, which he plans to exhibit over the course of the next two years. For this part, he takes images he finds on the Internet, or re-photographs news images, of pivotal events that have happened since the dawn of the digital age. Rosseel then recontextualises these images into blocks of colour similar to what you see when images are failing to load online.
Rosseel has a background in documentary photography and photojournalism from The Hague’s Royal Academy of Art and Danish School of Media and Journalism, and his meticulous research methodology is apparent. For this project, he collaborated with NIAS (Netherlands Institute of Advanced Studies in the Humanities and Social Sciences) as its first artist-in-residence. This research is underpinned by a strong conceptual approach: “I wanted to comment on the way we consume images without realising their full context. For instance, the beheading of a journalist by ISIS can be watched while sipping a Latte in a café. We’re always connected, but so disconnected from the reality of violence at the same time.”
As a result, On the Aesthetics of Violence is not only conceptually very strong, but also visually appealing. What’s interesting is the moment of realisation, you look at the image and you might enjoy the composition, only to discover in a second instant that you’re looking at an abstracted image from the 7/7 London bombings, which totally changes how you process the image.
Rosseel’s renowned project Belgian Autumn (2013) investigated similar issues relating to memory, history and the media. Stories, either historical or personal, always inform his art. This ‘collector of memories’ has electrified the art world in recent years with work that is sure to stand the test of time. On the Aesthetics of Violence promises to do the same.
UNSEEN SPECIAL |
Het schone is niet automatisch het goede |
Vrij Nederland • 14 september 2016 |
Kort na 9/11 merkte componist Karlheinz Stockhausen geestdriftig op dat de gebeurtenissen die dag ‘het grootste kunstwerk denkbaar in de kosmos’ waren. Hij voegde er nog aan toe dat het levenswerk van een componist maar onbeduidend is in vergelijking met wat de terroristen teweeg wisten te brengen op één dag. Het werd hem niet in dank afgenomen: Stockhausens concerten werden afgezegd, zijn dochter, die pianiste is,... |
Het schone is niet automatisch het goede FOTO'S Jan Rosseel Nynke van Verschuer @nynkevanv In zijn serie ‘On the Aesthetics of Violence’, vanaf 23 september te zien op Unseen Photo Fair in Amsterdam, onderzoekt fotograaf Jan Rosseel hoe wij naar beelden van geweld kijken. Door de abstrahering van iconische nieuwsfoto’s tot kleurvakken maakt hij wat gruwelijk is mooi. Kort na 9/11 merkte componist Karlheinz Stockhausen geestdriftig op dat de gebeurtenissen die dag ‘het grootste kunstwerk denkbaar in de kosmos’ waren. Hij voegde er nog aan toe dat het levenswerk van een componist maar onbeduidend is in vergelijking met wat de terroristen teweeg wisten te brengen op één dag. Het werd hem niet in dank afgenomen: Stockhausens concerten werden afgezegd, zijn dochter, die pianiste is, speelt sindsdien onder een andere naam, en bij zijn dood zes jaar later ging het buitenproportioneel veel over zijn faux pas in plaats van over zijn avant-gardistische composities en zijn belang voor de muziekgeschiedenis. Een streepje oranje overall Kan dat wat gruwelijk is ook mooi zijn? In zijn serie On the Aesthetics of Violence, vanaf 23 september te zien op Unseen in Amsterdam, onderzoekt de Belgische fotograaf Jan Rosseel (1979) hoe wij naar beelden van geweld kijken. Rosseel: ‘Gruweldaden in de context van het nieuws hebben bestaansrecht. Gruweldaden in de context van een fotofair, van schoonheid of van kunst, worden minder vanzelfsprekend geaccepteerd. Alsof journalistieke foto’s altijd objectief en feitelijk zijn, niet geladen met emotie of gehinderd door interpretatie.’ Als je op je telefoon de beelden bij het nieuws laadt, krijg je aanvankelijk blokjes kleur die uiteindelijk het zoekresultaat vormen. Van ingrijpende gebeurtenissen van de afgelopen decennia zijn die kleuren zo bekend dat de kleurvakken genoeg zijn om het hele tafereel boven te halen: een streepje oranje overall in een verder geel en oranje palet doet kennelijk genoeg in ons brein om ons in één klap terug te laten zijn bij de onthoofding van journalist James Foley. Tinten lichtblauw en grijs, samen met een strook puin hebben we blijkbaar dusdanig vaak gezien dat de instortende Twin Towers zo weer voor ons geestesoog verschijnen. De kleuren alleen roepen ongevraagd herinneringen op, zoals een madeleine gedoopt in lindebloesemthee. De kijker blijft kijken De abstrahering van nieuwsfoto’s tot kleurvakken is Rosseels vrije interpretatie van het nieuws en tegelijkertijd zijn antwoord op de zich steeds meer opdringende beelden van highlights uit de wereldgeschiedenis. Het is voorbeeld én bevraging van de esthetiek van het geweld. Want hoe de nieuwsbeelden zich in onze hersenen nestelen zegt ook iets over de gretigheid waarmee we ernaar kijken. Rosseel: ‘Het is bijna 11 september en we zullen de torens weer veelvuldig zien vallen.’ Iconische beelden worden herhaald en herhaald, en representeren zo een eenzijdige blik op het nieuws. Maar de kijker blijft kijken, de fotograaf wil ze maken, de terrorist wil ze creëren. Rosseel: ‘IS houdt er een uitgekiende beeldstrategie op na. De colonnes van gesluierde mannen met wapperende zwarte vlaggen door de woestijn die refereren aan de klassieke Arabische film Al Risalah, de oranje overalls die naar Guantánamo verwijzen. Alles is tot in de puntjes georkestreerd, om maar te beklijven.’ Wat ons de adem beneemt Het schone is niet automatisch het goede. Achttiende-eeuwse filosofen hadden een grote fascinatie voor het sublieme, het overweldigende en onbevattelijke, gadegeslagen vanaf een veilige afstand. Vulkaanuitbarstingen waren subliem, mits beschouwd vanuit een verderop gelegen dorp. Immanuel Kant schreef dat niet alleen natuurfenomenen –een weids uitzicht, een sterrenhemel – subliem konden zijn, een groots menselijk bouwwerk als een piramide of enorme kathedraal voldeden ook. Net zoals, misschien, de lancering van een raket of het gecontroleerd opblazen van een gebouw, of, voor Stockhausen, de ineenstorting van de Twin Towers, veilig bezien vanaf zijn Duitse bankstel. Dat wat ons de adem beneemt, trekt zich weinig aan van morele categorieën. ‘Dat doet de natuur ook niet,’ merkt Rosseel op, ‘maar die heeft dan ook geen geweten.’ Unseen Photo Fair, 23-25 september, Westergasterrein te Amsterdam; unseenamsterdam.com Jan Rosseel wordt vertegenwoordigd door The Ravestijn Gallery; unseenamsterdam.com |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten