Brassaï (1899- 1984) created countless iconic images of 1930s Parisian life. He was famous for capturing the grittier aspects of the city, but also documented high society, including the ballet, opera, and intellectuals - among them his friends and contemporaries like Pablo Picasso, Salvador Dalí and Henri Matisse. The exhibition at Foam traces his career with over 170 vintage prints, plus a selection of drawings, a sculpture and documentary material.
Brassaï gathers many of the artistic facets of the photographer, from photos to drawings of female nudes. It is organized in twelve thematic sections: Paris by Day, and by Night, Minotaure, Graffiti, Society, Places and Things, Personages, Sleep, Pleasures, Body of a Woman, Portraits – Artists, Writers, Friends and The Street. Each is very different from the next – reflecting the diversity of Brassaï’s photographic work.
See also
Brassai in Amsterdam '50s Dirk de Herder Photography
Fotografie Brassaï werd beroemd als fotograaf, maar had ook talent voor schilderen, beeldhouwen en schrijven. „Je wordt voortdurend verscheurd door je gaven.”
Brassaï: Gezicht op de Pont Royal richting Pont Solferino, (1933).
Foto Estate Brassai Succession Paris
Tentoonstelling
Brassaï. T/m 4/12, Foam, A’dam. Inl: foam.org
●●●●●
Rianne van Dijck
18 september 2019 om 17:41
Op een nacht in 1933 kocht Brassaï de conciërge van de Notre-Dame om. Hij wilde na sluitingstijd naar boven, de toren van die magistrale kathedraal op om van grote hoogte foto’s te maken van nachtelijk Parijs. De conciërge, een voluptueuze dame met hartproblemen, zei dat hij dan maar alleen de tweehonderd treden moest beklimmen. Haar enige voorwaarde: zorg dat er geen enkel licht te zien is als je daarboven staat – dan zouden de gendarmes hem kunnen ontdekken en dat zou haar haar baan kunnen kosten. Dat was geen probleem voor Brassaï die zich had bekwaamd in het fotograferen in de duisternis.
De anekdote over de Frans-Hongaarse fotograaf Brassaï (uit Brasov, een stadje in Transsylvanië, echte naam: Gyula Halász, 1899-1984) is te lezen in Bystander, een vuistdikke bijbel over straatfotografie. Brassaï was behalve een uitzonderlijk fotograaf, én een begaafd schilder, beeldhouwer en filmmaker, ook een begenadigd schrijver die zijn ervaringen, werkwijze, gedachtes en gevoelens op papier zette en zo zijn foto’s voorzag van een uitgebreide context aan verhalen.
In Le Paris secret des années 30 (1976) vertelt hij bijvoorbeeld levendig over het obscure Parijse nachtleven uit de jaren 30; over de prostituees, de pooiers, de criminelen en de hoerenlopers die de bars en bordelen in Montmartre bevolken. Beroemd is ook Brassaïs Conversations avec Picasso uit 1964, over zijn jarenlange vriendschap met ’s werelds beroemdste schilder die hij met regelmaat bezocht in diens atelier in rue La Boétie. „Als je me echt wilt leren kennen, lees dan dit boek”, zei Picasso bij de verschijning van Conversations. „Helaas is zelfs een lang leven kort en moet men kiezen”, zei Brassaï in 1980.
Brassaï: Street-walker near Place d’Italie (1932).
Foto Estate Brassai Succession Paris
In de grote overzichtsexpositie, nu in Foam Amsterdam, zijn naast een beeldhouwwerkje en een paar tekeningen 170 van zijn vintage-prints te zien; afdrukken die hij destijds zelf maakte. De straatfoto’s van Parijs-bij-dag hangen er, en de portretten van beroemde kunstenaars als Picasso, Matisse, Giacometti en een piepjonge Dalí. En natuurlijk de prachtige foto’s waar Brassaï het beroemdst mee werd: de indrukwekkende nachtelijke beelden van beregende kasseien, spookachtige stadsgezichten, enge doorkijkjes onder de Seine-bruggen, meestal genomen in een mistige nacht waardoor de harde, elektrische verlichting zachter en diffuser werd – film noir avant la lettre.
De foto’s werden gepubliceerd in zijn nu iconische boek Paris de nuit in 1933, dat Brassaï in één klap een bekend kunstenaar maakte in een tijd dat fotografie nog maar nauwelijks werd gezien als een serieuze kunstvorm.
Brassaï koos voor de fotografie, maar heeft daar soms twijfels over gehad. „Als iemand een talent voor schilderen of beeldhouwen heeft, is de weg gemarkeerd, zonder aarzeling. Maar als je meerdere talenten hebt, dan is dat bijna een ramp. Je wordt voortdurend verscheurd door je gaven, vol spijt van wat je had kunnen doen maar niet deed.”
Brassaï: ‘Ik was bekend met het obscure leven, kende alle prostituees, de pooiers, de criminelen’
Brassaï (1899 – 1984), de Franse fotograaf van Hongaarse komaf, maakte talloze iconische beelden van het Parijse leven in de jaren 30. Hij stond bekend om zijn sfeervolle nachtelijke beelden van de stad, met haar prostituees, travestieten, pooiers en criminelen, maar fotografeerde ook de high society, het ballet, de opera en de intellectuelen – waaronder zijn vrienden en tijdgenoten als Pablo Picasso, Salvador Dalí en Henri Matisse. Henry Miller, met wie hij ook goed bevriend was, noemde hem 'Het oog van Parijs'. Foam Fotografie Amsterdam toont tot en met 12 december een groot retrospectief van zijn werk.
Rianne van Dijck
13 september 2019
Zonder titel, Parijs, 1937. Deze foto van een billboard met het gezicht van Marlene Dietrich verscheen in het fotoboek Camera in Paris, dat in 1949 in Londen uitkwam. In het bijschrift staat: ‘Iets om naar te kijken’– het is niet duidelijk of dit door een redacteur of door Brassaï zelf werd geschreven. Van Brassaï is bekend dat hij zijn foto’s vaak ensceneerde. Of deze fietskoerier zich daadwerkelijk aan de Duitse filmster stond te vergapen, of dat Brassaï hem hiernaartoe heeft geloodst, is onbekend.
Foto Estate Brassaï Succession
Op de Boulevard Saint-Jacques, 1930-1932. Brassaï, met zijn voorliefde voor het nachtleven van Parijs, was een van de eerste fotografen die zich waagde aan fotografie in het donker. Met zijn Voigtländer Bergheil-camera en 24 glasplaten trok hij er ’s nachts op uit, om in de ochtend zijn foto’s te ontwikkelen in zijn appartement. Hij werd een aantal keren gearresteerd door de politie, die hem ervan verdacht zich in het donker bezig te houden met criminele activiteiten.
Foto Estate Brassaï Succession
Prostituee, bij de Place d’Italie, 1932. ,,Dankzij mijn eindeloze nachtelijke wandelingen kon ik mijn gang gaan en de mensen bestuderen die de nacht bevolkten. Ik was bekend met het obscure leven, en zelfs met de criminelen uit die tijd. Ik kende alle prostituees, de pooiers, de bordelen…”, schreef Brassaï in het fotoboek Le Paris sécret des années 30, dat hij publiceerde in 1976.
Foto Estate Brassaï Succession
Fat Claude en haar vriendin in Le Monocle, c. 1932. Brassaï fotogafeerde’s nachts in bars en clubs, onder andere in Le Monocle, een bar voor homo’s en lesbiennes in rue Edgar-Quinet. Zelf schreef hij bij deze foto: ‘Lesbisch stel in Le Monocle, Parijs’. Fat Claude heette in het echt Violette Morris. Ze was een beroemd Frans atlete en een van de eerste transgenders – ze liet haar borsten verwijderen. Later zou ze zich aansluiten bij de nazi’s, in 1944 werd ze door het Franse verzet geliquideerd.
Foto Estate Brassaï Succession
Le Môme Bijou, Bar de la Lune, Montmartre, 1932. Over Madame Bijou, een met sieraden behangen 70-jarige prostituee, schreef Brassaï: ‘Achter haar glinsterende ogen, nog steeds verleidelijk, flakkerden de lichten van de Belle Époque. Het was alsof in die ogen de geest van een jong meisje glimlachte, alsof de ouderdom daar geen vat op had gekregen.’ Fun fact: In de film Titanic tekent Leonardo di Caprio’s personage Jack Dawson een oudere vrouw die hij in Parijs zou hebben ontmoet en die elke nacht in een bar zit, wachtend op een verloren liefde. De tekening is gebaseerd op Brassaï’s foto.
Foto Estate Brassaï Succession
Stel in een café, bij de Place d’Italie, 1932. Rond 1930 was de fotografie, vooral in slechte lichtomstandigheden, nog een kwestie van lange sluitertijden, magnesiumflitsen en massieve, houten statieven. Het ligt dus niet voor de hand dat deze beroemde foto van een kussend stel een ‘gestolen moment’ was, waarbij de man en vrouw niet wisten dat ze gefotografeerd werden. Brassaï was daar ook helemaal niet op uit; hij wilde een ,,mise-en-scene creëren om zo een verhaal te vertellen”, zo schreef hij zelf.
Foto Estate Brassaï Succession
A Monastic Brothel, rue Monsieur-le-Prince, c. 1931. Dat Brassaï zelfs ín de Parijse bordelen fotografeerde en prostituees en hun klanten mocht vastleggen, geeft aan hoezeer hij kind aan huis was in het obscure nachtleven. In diverse interviews zegt hij overigens dat hij ook zijn assistent soms liet figureren als ‘klant’ – of dat ook het geval is op deze foto, is onbekend.
Foto Estate Brassaï Succession
Gala-avond bij Maxim’s, mei 1949. Ook na de oorlog, toen Brassaï aan de slag ging voor Harper’s Bazaar, bleef hij het nachtleven van Parijs vastleggen. Maxim’s, in 1893 geopend door de Parijse ober Maxime Gaillard, was een van de meest populaire en trendy restaurants in Parijs, met een even rijke als beroemde clientèle waaronder Marcel Proust, Maria Callas, Aristoteles Onassis en Jean Cocteau.
Foto Estate Brassaï Succession
Henri Matisse met zijn model, 1939. Behalve de danseressen, de prostituees en nachtvlinders, fotografeerde Brassaï ook kunstenaars en schrijvers als Matisse, Bonnard, Giacometti, Sartre en Beauvoir. Met onder andere Picasso en Henry Miller ontwikkelde hij hechte vriendschappen. Op deze foto is Matisse 70, het model is Lydia Delectorskaya, zijn muze, secretaresse, assistent en goede vriendin tot zijn dood in 1954.
Foto Estate Brassaï Succession
Morris Column, avenue de l’Observatoire, 1934. ,,Mijn foto´s werden als ‘surrealistisch’ beschouwd omdat ze een verzonnenen onwerkelijk Parijs onthulden, ondergedompeld in duisternis en mist”, schreef Brassaï over zijn nachtelijke stadsbeelden. Maar, zo legde hij uit: ,,Ik wilde gewoon de realiteit vastleggen – omdat niets surrealistischer is dan dat.”
Foto Estate Brassaï Succession
Passage de Clichy, 1930-1932. In de Passage de Clichy, om de hoek van de Boulevard de Clichy, bevonden zich veel kleine hotels. Het nauwe straatje, om de hoek bij de Moulin Rouge en de rosse buurt van Quartier Pigalle, trok veel prostituees en hun klanten.
Foto Estate Brassaï Succession
Doorkijkje door pont Royal naar de pont Solférino, c. 1933. Brassaï fotografeerde graag bij mistig, nat weer, omdat de mist de harde, elektrische verlichting zachter en diffuser maakte. ,,‘s Nachts ontstaat een schemerwereld, een wereld van verschuivende vormen, van valse perspectieven. Er is iets griezeligs, zelfs verontrustends aan”, schreef de Franse schrijver en dichter Paul Morand in zijn voorwoord bij het fotoboek Paris de Nuit (1933).
Foto Estate Brassaï Succession
Geen opmerkingen:
Een reactie posten